In 2020 dook in Spanje een agressieve, hoog-pathogene PRRSv-variant op: Rosalía. Nederland is tot nu toe gelukkig vrij gebleven. De ervaringen uit Spanje zijn ook voor ons waardevol omdat vroeg of laat er een nieuwe variant ontstaat – en dat kan overal gebeuren.
Sinds 2020 is de hoog-pathogene PRRSv-stam Rosalía aanwezig in de Spaanse varkenssector. Rosalia is verwant aan de Italiaanse PR40 stam* en bevat stukjes genetisch materiaal van verschillende Europese veldstammen als gevolg van recombinaties. Uitbraken leiden tot extreme verliezen; tot 6,5% zeugensterfte, 25% verwerpers en tot 50% biggensterfte zijn geen uitzondering. Hierdoor worstelen bedrijven met dramatische productieverliezen: weken waarin er bijna geen biggen verkocht kunnen worden. Daarnaast wordt de groepsstructuur en de leeftijdsopbouw van de zeugenstapel ernstig verstoord. Het duurt gemiddeld meer dan 6 maanden voordat de productie weer op peil is*
Biosecurity en structuur in de bedrijfsvoering
Op het moment dat nabijgelegen bedrijven besmet raken met Rosalía is het gebruikelijk dat de externe biosecuritymaatregelen fors worden aangescherpt: strengere controle op bezoekers, onderhoudspersoneel, laadwagens, voederleveringen, mestverwerking, enzovoort. Toch raken veel bedrijven in varkensdichte gebieden alsnog besmet, ook zeugenbedrijven die al meerdere jaren PRRS-positief stabiel waren (dat wil zeggen zeugen met immuniteit, biggenuitstroom PRRSv-negatief) De eerste signalen van een Rosalía uitbraak zijn vaak groepen zeugen die niet willen eten en plots veel verwerpingen. Als het vermoeden bevestigd wordt, is het belangrijk om alle betrokkenen te informeren en een plan van aanpak te bespreken. In de acute fase is er weinig te controleren, maar afspraken zijn belangrijk om structuur te herstellen en grip te krijgen. Denk hierbij onder andere aan:
- een behandelprotocol voor zieke dieren;
- opties voor immuniteitsopbouw: (nood) vaccinatie, bewust besmetten of de natuurlijke infectie afwachten;
- opties voor geltenmanagement:
a) tijdelijke stop op aanvoer van levende dieren (8 maanden) om de zeugenstapel te stabiliseren met een ‘load-close-homogenise’-strategie;
b) tijdelijke stop op gelteninstroom, geen vervanging, ook geen eenmalige aanvoer van een grote groep;
c) geen stop op de geltenintroductie. Verlengde quarantaine- & adaptatieperiode; - werpgroepen herstellen met bronstsynchronisatie van zeugen die geaborteerd hebben;
- een selectiebeleid gericht op een evenwichtige zeugenstapel: zeugen in slechte conditie, met een slechte voorgeschiedenis of hoge leeftijd afvoeren;
- het risico op tussen leeftijdsgroepen minimaliseren (bijvoorbeeld overstap naar meerwekensysteem, all-in/all-out op speenopfoklocaties);
- monitoring van de PRRS status via PCRonderzoek op castratievocht of tongpuntjesvan doodgeboren biggen
Waarom genetisch onderzoek van PRRSv
PRRSv is sinds eind jaren ‘80 een belangrijke oorzaak van vruchtbaarheidsproblemen en luchtwegklachten. We onderscheiden PRRSv type 1 (Europees type) en type 2 (Amerikaans type). Binnen elk type bestaat er een grote diversiteit aan ‘virusstammen’. Over de jaren heen verandert PRRSv door mutaties en recombinaties van genen. Dit is een natuurlijk mechanisme dat het virus in staat stelt te overleven.
Bij HIPRA Diagnos (het laboratorium
van HIPRA) wordt PRRSv onderzocht via serologie, PCR-onderzoek en sequentieanalyse. Bij sequentie-analyse wordt de volgorde van de genetische code bepaald, een soort ‘vingerafdruk’ van het virus. De verwantschap wordt zichtbaar gemaakt in een fylogenetische boom (Figuur 1). De
database van HIPRA Diagnos bevat op dit moment ± 300 sequenties afkomstig van Nederlandse en Belgische bedrijven.
Genetisch onderzoek biedt heel wat mogelijkheden. Zo helpt het om een veldvirus te onderscheiden van een vaccinvirus wanneer er een positieve uitslag is. Bij een uitbraak of bij monitoring kan het duidelijk maken of we met een al eerder gevonden variant te maken hebben — en wat we daar al over
weten.

A. Overzicht van ± 300 PRRSv-type 1 sequenties afkomstig van Nederlandse en Belgische varkensbedrijven. (Referentie complete figuur is beschikbaar via de auteur van dit artikel.)
B. Detail. Sequenties worden weergegeven met landcode + datum. Hoe korter de horizontale lijnen die twee sequenties verbindt, hoe groter de genetische gelijkenis. Roze kader: voorbeelden van gelijkaardige sequenties op hetzelfde bedrijf doorheen de tijd.
Lichtblauw kader: voorbeelden van een hoge graad van verwantschap tussen Nederland en België.
Praktische tip: op bedrijven zonder aanvoer van dieren, met een strikte externe biosecurity en waar het klinisch rustig is, adviseren we om PRRSv één keer per jaar genetisch te laten typeren.
Is er wél aanvoer, minder strikte biosecurity of ziet u klinische tekenen van PRRS? Dan is het verstandig om dit vaker te doen
Tekst: Josine Beek, varkensdierenarts bij HIPRA
Beeld: Twan Wiermans




