Afgelopen week was het onrustig in de Eerste Kamer. Minister Wiersma wil het afromingspercentage bij overdracht van varkens– en pluimveerechten op ‘nul’ zetten. Partij voor de Dieren (PvdD) zwengelde de discussie aan over het te doorlopen proces. Partijen waren van mening dat er te weinig tijd was voor een gedegen besluit door de Eerste Kamer.
Tijdens de Commissievergadering op 7 oktober werd door PvdD een debat aangevraagd voor diezelfde avond. Dit verzoek werd gesteund. Tijdens dit debat diende PvdD twee moties in. De Kamer verwierp de motie van PvdD om niet in te stemmen met het afschaffen van de pluimveerechten. Over dezelfde motie voor varkensrechten wordt dinsdag 14 oktober gestemd.
Wat opvalt is dat politieke partijen meerdere dossiers bij elkaar gooien en er politieke meningen aan toevoegen. Feit is dat elke sector haar eigen sectorplafond heeft en verantwoordelijkheid draagt om daaronder te komen en te blijven. Extra afromen of reduceren in de ene sector, heeft geen effect op het overschrijden van het plafond door een andere sector. POV blijft volop inzetten om een meerderheid tegen deze motie te laten stemmen. De Minister was ook helder in haar toelichting: het stoppen met afromen op varkensrechten is legitiem en eerlijk.
Varkenshouderij op koers
Wiersma baseert haar besluit om de afroming te schrappen op de te verwachten effecten van de beëindigingsregelingen Lbv en Lbv-plus. Die zorgen voor een substantiële daling van de mestproductie. Hoewel in 2025 nog een minimale overschrijding van het mestproductieplafond wordt verwacht, is het aandeel van afroming in het beperken daarvan gering. Door het afromingspercentage op nul te zetten, wordt voorkomen dat de sector verder krimpt dan nodig is.
Jonge boeren dupe van afroming rechten
De afroming geldt bij lease en koop. Vooral jonge boeren en bedrijven in ontwikkeling worden hard geraakt door afroming. Zij werken vaak met leaseconstructies en hebben nog geen financiële ruimte voor aankoop van rechten. Het voortzetten van afroming zou voor velen het einde van hun bedrijf betekenen. De varkenshouderij draagt bovendien slechts 11% bij aan het nationale mestvolume en is goed op weg om haar sectorplafond voor 2026 te halen. Er is dan ook helemaal geen inhoudelijk argument om de afroming in stand te houden.
Bron: POV
