De Chinese varkenshouderij bevindt zich volgens Rabobank in een nieuwe fase van ontwikkeling. Waar de afgelopen jaren werden gekenmerkt door snelle schaalvergroting, ligt de nadruk nu op efficiëntieverbetering.
Rabobank-analist Chenjun Pan onderscheidt drie fases: de start van industriële productie rond 2010, de crisisjaren 2019–2022 door Afrikaanse varkenspest (AVP) en de huidige periode waarin bedrijven hun productieprocessen professionaliseren. Door AVP verdwenen veel kleine boeren van het toneel, terwijl grote agribusinesses hun positie versterkten.
Voor de epidemie produceerden grote bedrijven met meer dan 10.000 zeugen slechts 10 procent van het nationale volume, terwijl kleine bedrijven (minder dan 50 zeugen) bijna 40 procent leverden. Rabobank verwacht dat dit na 2025 omgekeerd zal zijn: grote bedrijven groeien naar 40 procent marktaandeel, kleine varkenshouders dalen naar circa 10 procent.
China blijft kampen met relatief hoge productiekosten door dure granen, lage voerefficiëntie, biosecurity-uitdagingen en genetische variatie. De inzet van automatisering en smart farming moet dit deels compenseren.
De omslag in China heeft ook gevolgen voor de internationale handel. De vraag naar soja en andere veevoedergewassen zal stabiliseren en mogelijk dalen. Daarmee kan de dynamiek op de wereldwijde grondstoffenmarkt veranderen. Voor Europese varkenshouders kan dit dubbel uitpakken: lagere voerprijzen zijn gunstig, maar een efficiëntere Chinese sector kan op termijn zorgen voor meer concurrentie op de exportmarkten.
China versterkt zijn efficiëntie- en duurzaamheidsagenda door nauwe samenwerking met Denemarken. Denemarken levert al jaren het grootste deel van China’s fokmateriaal. In 2022 meer dan 40 procent van de geïmporteerde zeugen en exporteerde in 2023 210.000 ton varkensvlees naar het land. Daarnaast vinden nevenproducten zoals wei-eiwit hun weg naar China, wat de handelsketen verder integreert.
De Deense kennis op het gebied van coöperatieve productiemodellen, precisieproductie en kringlooplandbouw sluit goed aan bij China’s strategie voor plattelandsontwikkeling en groene groei. De samenwerking omvat nu ook gezamenlijke R&D, kwaliteitscontrole, talentontwikkeling en datadeling. Transport via de China-Europa goederentrein verkort levertijden en versterkt de concurrentiepositie van Deense producten.
Tekst: Gerben Hofman
Beeld: Prosu beeldarchief





